Familieproblemen: hoe kom je eraan en ervanaf?

Veel mensen met problemen zoals weinig zelfvertrouwen of moeilijkheden in relaties denken dat dit door hun ouders komt. Vaak hebben die hierin inderdaad een rol, vaak zonder dat ze het bedoelen. Ook broers en zussen kunnen invloed hebben op hoe gelukkig je bent.

Daarom is het handig om iets te weten over hoe families werken: over de psychologische systeembenadering. Maar nog belangrijker: hoe kun je minder last hebben van wat je familie doet of zegt?

 

Gezinnen: vergelijkbaar met computersystemen

In elke groep, of het nu een straat, organisatie, familie of gezin is, speelt iedereen een bepaalde rol. In een gezin ben je bijvoorbeeld partner, ouder, kind, broer of zus. De manier waarop je deze rol invult, wordt niet alleen bepaald door je persoonlijkheid of karakter, maar ook door het gedrag van andere gezinsleden.

Een gezin functioneert net als een systeem, vergelijkbaar met een computersysteem. Het bestaat uit verschillende onderdelen die allemaal met elkaar verbonden zijn en elkaar beïnvloeden. Wanneer één gezinslid verandert, of de manier waarop bepaalde gezinsleden met elkaar omgaan, beïnvloedt dat het gedrag van de andere gezinsleden. En het functioneren van het gezin als geheel. Ook gebeurtenissen in de omgeving kunnen impact hebben op het gezin.

 

Familieproblemen: een kwestie van systeemfouten?

Heb je wel eens gehoord van het verhaal van de krabben in een emmer? Als je één krab in een emmer zet, ontsnapt die snel met zijn sterke scharen. Maar als er meerdere krabben in de emmer zitten, en één probeert te ontsnappen, houden de anderen hem tegen. Ze trekken hem telkens terug naar beneden, waardoor geen enkele krab kan ontsnappen.

Dit is ook hoe gezinnen soms functioneren, maar dan minder extreem. Een gezin probeert, net als elk systeem, zijn gebruikelijke omgangspatronen te houden, binnen bepaalde grenzen. Dat gaat bijvoorbeeld om taakverdeling, communicatiestijlen, manieren van liefde tonen en machtsverhoudingen. Als invloeden van buiten of het gedrag van een gezinslid deze balans verstoren, komen er vaak mechanismen in werking om de 'systeemfout' te herstellen of een nieuw evenwicht te vinden. Zonder deze stabiliteit kunnen gezinsleden niet goed functioneren, zowel individueel als samen.

 

Familieproblemen: typische systeemfouten

Gezinnen streven van nature naar evenwicht, maar soms ontstaat er een disfunctioneel of star evenwicht. Dat betekent dat er te veel weerstand is tegen verandering. Voorbeelden hiervan zijn ouders die niet willen dat hun kinderen onafhankelijk worden, of ouders die elk klein conflict tussen gezinsleden meteen de kop indrukken. Dit soort negatieve gezinsdynamieken kunnen leiden tot problemen binnen de familie.

Maar wat maakt een gezinssysteem dan wel functioneel? Een goed werkend gezin ondersteunt de groei van elk lid en past zich aan veranderende omstandigheden aan, zoals het herverdelen van taken bij ziekte. Een sleutel tot succes is dat ouders hun leiderschapsrol goed kunnen vervullen.

Hier zijn een paar 'systeemfouten' die vaak in families voorkomen...

 

Veelvoorkomende problemen in de familiedynamiek

  • Dominante ouders: Een ouder die alles controleert en beslist, kan bij kinderen leiden tot een gebrek aan zelfvertrouwen en assertiviteit.
  • 'Zwakke' ouders: Een ouder die zichzelf opoffert of hulpeloos voordoet, zorgt ervoor dat kinderen zich vaak schuldig voelen en altijd anderen willen helpen ten koste van hun eigen geluk.
  • Onrealistische verwachtingen: Kinderen die niet voldoen aan de hoge verwachtingen van hun ouders kunnen zich schuldig, teruggetrokken of juist overdreven zelfverzekerd gedragen.
  • Conflicten bij gescheiden ouders: Als gescheiden ouders hun kinderen dwingen te kiezen, kan dit het basisvertrouwen van het kind schaden.
  • Omgaan met psychische problemen: Gezinnen die het afwijkende gedrag van een gezinslid accepteren zonder dit aan te pakken, houden dit gedrag vaak onbewust in stand.

Er zijn natuurlijk nog meer destructieve patronen mogelijk, zoals bij misbruik en mishandeling, die ernstige familieproblemen kunnen veroorzaken.

 

Familieproblemen: verander hoe ze jou beïnvloeden

Heb je problemen met je familie en wil je weten hoe je dit kunt verbeteren? Iedereen is anders, maar het is vaak het beste om te proberen te veranderen hoe deze problemen jou beïnvloeden. Dit is meestal makkelijker dan je familie te veranderen. Hier zijn wat algemene tips:

  • Begrip voor ouders: Onthoud dat je ouders je misschien problemen hebben gegeven zonder dat ze dat wilden. Ze proberen je gelukkig te maken op hun manier, maar soms is dat niet de beste manier (voor jou).
  • Nieuwe copingstrategieën: probeer andere manieren om met je problemen om te gaan.
  • Denk na over je gedachten: Gebruik ideeën uit de cognitieve therapie om te kijken of je gedachten over je familie op feiten of aannames gebaseerd zijn. Doe bijvoorbeeld een ABC'tje.
  • Stel vragen: Stel de vier vragen van Byron Katie om eventueel anders naar je familie te kijken.
  • Wees duidelijk: Praat open met je familie en vertel wat je wilt en niet wilt.
  • Zoek hulp: Overweeg hulp van een erkende psycholoog, bij voorkeur iemand met ervaring in systeemgeoriënteerde therapieën zoals relatietherapie of gezinstherapie.
  • Accepteer wat er is: Probeer de situatie te accepteren zoals die is. Zoek naar praktische oplossingen, zoals meer afstand nemen of leuke dingen doen met je familie in plaats van veel praten.

Hoe ga jij om met familieproblemen? Heb je nog tips? Deel ze gerust!

[Bronnen: Klinische Psychologie – Theorieën en psychopathologie, H.T. van der Molen e.a.Je ouders op je schouders, Ed NissinkMoeders zijn geen heiligen, Louis Schützenhöfer]

 

Naar het overzicht